zorg

Een woordje uitleg

Kinderen voelen zich goed op school als zij in een aangename sfeer samen met vriendjes de leerstof vlot of met aangepaste zorg kunnen verwerven.

Om de ontwikkelingskansen van elk kind optimaal te stimuleren moeten we aandachtig zijn voor een ontwikkelingsvertraging, leerachterstand, ontwikkelingsvoorsprong, emotionele noden, … .

Ons zorgteam bestaat uit juf Anneleen (lager), juf Marjon (kleuter) en juf Karin.

De leerkrachten observeren in de klas de kinderen en proberen steeds de leeruitdagingen zo vlug mogelijk te melden aan het zorgteam. In overleg met de klasleerkracht, zoco en de ouders stellen we acties voor om het kind te helpen. Indien nodig wordt het CLB gecontacteerd.

Als ouder draagt u uiteraard ook bij tot het creëren van een optimale leersituatie. We hebben elkaar nodig om uw kind zo goed mogelijk te ondersteunen. Zo krijgen we een zo ruim mogelijk beeld van uw kind.

Indien u signalen of problemen i.v.m. uw kind wenst te bespreken, dan kan u steeds een afspraak maken met juf Marjon (kleuter) of juf Anneleen (lager). 

Via het 'Gelijke Kansen-beleid' proberen we bepaalde items extra in de kijker te stellen. Het sociale en emotionele zetten we extra in de verf alsook preventie en remediëring van allerlei aspecten van de ontwikkeling.

LVS

In onze school wordt het groeiproces van uw kind op de voet gevolgd aan de hand van:

  • observaties en kindgesprekjes

De leerlingen van het lager vullen 2x in een schooljaar een leerlingenenquête in. Daarin wordt gepolst naar hun welbevinden, hun idee over de lessen en de klaswerking. Nadien volgt een kindgesprekje tussen klasleerkracht en leerling. Daardoor kan de leerkracht een idee krijgen van hoe het kind zich voelt in de klas, kan het kind z’n hart luchten en kunnen er indien nodig afspraken gemaakt worden voor de toekomst. 

Natuurlijk zijn er het hele schooljaar lang tussendoor gesprekjes tussen leerkracht en leerling om het groeiproces te stimuleren.

  • het leerlingvolgsysteem

In het leerlingvolgsysteem houden we de leerresultaten en de vorderingen bij van alle leerlingen en kleuters apart, maar ook van de groep en de school als geheel. Daarnaast staan er ook administratieve gegevens, zoals geboortedatum en adres. 

  • het zonnewijzeroverleg

2x per jaar houden we op school een zonnewijzeroverleg. De zorgcoördinator en de klasleerkracht overlopen samen alle kleuters en leerlingen. Kleine problemen worden binnen de school besproken en aangepakt. De zorgcoördinator stelt nieuwe methodes voor of leent materiaal uit. Ze geeft tips die de klasleerkracht uitprobeert in de praktijk. Ook is het fijn om te kunnen bespreken dat heel wat zaken goed gaan en dat kinderen gegroeid zijn. Niet enkel de schoolse vorderingen komen aan bod, maar we hechten ook heel veel belang aan het welbevinden.

  • MDO’s

Wanneer de schooleigen zorg niet voldoende is, wordt het CLB erbij gehaald. Een MDO staat voor ‘multidisciplinair overleg’. Daarin wordt samen met ouders, school, CLB en eventueel logopedist, kinesist, ondersteuner, psycholoog, … de situatie besproken en afspraken gemaakt voor de toekomst.

 

Woordenschatverwerving (kleuter)

Woordenschatverwerving bij kleuters gebeurt vaak spontaan. Maar soms moeten kinderen ook uitgedaagd worden hierin. Daarvoor gaan we in de kleuterklassen heel bewust met woordenschat om. Per thema worden woorden geselecteerd die aangebracht zullen worden. Dit zijn zowel werkwoorden, zelfstandige en bijvoeglijke naamwoorden, lidwoorden, ... Deze woordenschat wordt door de klasjuf geselecteerd aan het begin van het thema. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een brainstorm, een themaboek, een waarneming, het ZILL-leerplan. Er wordt ook per klas afgesproken welke woorden meest bij welke leeftijd passen. De woorden worden via het 4-tactmodel aangebracht. In de eerste stap worden de kleuters warm gemaakt om nieuwe woorden te leren, we prikkelen ze en maken ze benieuwd. In stap 2 worden de woorden echt aangeleerd. Stap 3 gaat over het inoefenen van deze woorden met spelletjes, met verhalen,... In de laatste en 4e stap controleren we of de woorden gekend zijn. Om dit alles aan te vullen, werken we met woordkaarten in de klas. We hopen zo een ruim aanbod woordenschat te bieden en tegemoet te komen aan de honger naar woorden van de kleuters. 

 

Cas en Lisa (kleuter)

Groot worden, hoe doe je dat? Wel daar helpen Cas en Lisa de kleuters bij. We werken aan onze relationele vaardigheden en leren met elkaar omgaan op een positieve manier. Via activiteitjes wordt er gewerkt rond communicatie, beleefd zijn, positief denken, gevoelens, elkaar helpen ... en veel meer. Iedere maand staat een nieuw thema op het programma. Met een toneeltje op de speelplaats stellen de juffen het thema van de maand voor. Daarna gaan alle kleuters hiermee aan de slag in hun eigen klas. De leuke activiteitjes worden er afgestemd met de behoeften van de klas. Samen sociaal en emotioneel sterker worden! De klaspoppen die per klas ook wat ouder eruit zien, helpen hierbij.

Leesbevordering (kleuter + lager)

Wist je dat we op school heel wat acties ondernemen om het leesplezier te bevorderen?

Onlangs werkten we samen met de hogeschool Vives van Kortrijk om hier nog meer op in te zetten.

 

Een greep uit ons aanbod:

 

  • In het 1ste, 2de en 3de leerjaar komt een enthousiast groepje leesouders en grootouders onze kinderen begeleiden bij het leren vlot lezen. We zijn hen hier heel dankbaar voor!
  • We organiseren in de periode tussen de krokusvakantie en de paasvakantie tutorlezen met het 3de en 6de leerjaar. Het 6de leerjaar begeleidt de kinderen van het 3de leerjaar. Er worden op die manier veel meer vaardigheden geoefend dan enkel ‘lezen’.
  • Het 3de leerjaar maakt elk schooljaar digitale prentenboeken, het 3de kleuter mag ze telkens komen bewonderen.
  • We hebben een goede samenwerking met de plaatselijke bib. Elke maand gaan de klassen er langs zodat de kinderen zelf een boek kunnen lenen.
  • Elke vakantie krijgen de kinderen een leesbingo mee naar huis. Zo stimuleren we hen om ook tijdens de vakantieperiode te blijven lezen.
  • We doen mee aan ‘kwartierlezen’ in het lager. Elke dag mogen de leerlingen 15 min. vrij lezen.
  • We ontlenen boekenkoffers van de bib, waarin een schat aan leesmateriaal te vinden is.
  • In het begin van elk schooljaar houden de leerkrachten een boekenrestaurant met de boeken van hun klasbib. Zo leren de kinderen hun klasbib beter kennen en worden ze geprikkeld om te willen lezen.
  • Met de 2de en 3de graad van het lager doen we mee aan de keileuke boekenbende, georganiseerd door bib Poperinge. Zo krijgen we 3x op een schooljaar 8 dezelfde exemplaren van een boek voor de klas. De leerlingen stimuleren zo elkaar om een boek te lezen.
  • Elk jaar houden we een klasoverschrijdend project tijdens ofwel de gedichtenweek in januari of de jeugdboekenmaand in maart.
  • In de klas wordt aandacht besteed aan de voorleesweek. Ouders en andere externen komen in de klas om een stukje uit het klasboek of hun favoriete jeugdboek voor te lezen.
  • Aan de hand van gestandaardiseerde toetsen wordt de leesevoluatie van elk kind in kaart gebracht.
  • In de klassen proberen de leerkrachten een gezellige leeshoek of boekenhoek te maken, zodat de kinderen uitgenodigd worden om te ‘verdwijnen’ in hun lees- of prentenboek.
  • Alle klassen krijgen elk schooljaar een budget om hun eigen klasbib aan te vullen. De kleuters en leerlingen krijgen inspraak in de keuze van die boeken. Zo zijn we zeker dat ze de kinderen echt wel aanspreken.
  • In de kleuterklassen wordt ieder jaar een sterrendoos geknutseld. In deze door de klas versierde doos, kunnen ze een boek uit de boekenhoek steken aan het einde van hun bezoekje aan deze hoek. Zo kunnen ze hun lievelingsboek promoten aan de andere kinderen van de klas.
  • Er wordt heel wat aandacht gevestigd op voorlezen in de kleuterklassen. Vaak gaan we gewoon genietend voorlezen. Maar soms komt ook eens een andere manier aan bod. We gaan interactief voorlezen, waarbij de kleuters echt betrokken worden. Tussendoor worden er vragen gesteld aan de kleuters, vragen we naar bedenkingen,... Ook hardop denkend voorlezen gebeurt. Hierbij stoppen we het verhaal af en toe en maken we als voorlezer zelf wat bedenkingen. Had die dat niet juist gezegd? Hoe gaan ze dit nu oplossen? Dit kan toch niet? Zo houden we de betrokkenheid bij de kinderen heel hoog.
  • Ook in het lager wordt wekelijks voorgelezen uit een klasboek.

 

 

Proactieve cirkels (lager)

Cirkelen creëert een sfeer van verbondenheid waarin we met een open hart kunnen spreken en luisteren, een sfeer waarin we elkaar echt kunnen ontmoeten. 

Het doel van cirkelen is om binnen een groep te werken aan verbinding. We cirkelen om het gevoel van verbondenheid op te bouwen, te onderhouden, of indien nodig te herstellen. We doen dit steeds in een spirit van gelijkwaardigheid, respect en waardering. Iedereen wordt uitgenodigd om echt te luisteren en zich ten volle uit te spreken.

Dit is enkel mogelijk als we een klimaat van veiligheid kunnen garanderen. Daarom gelden enkele belangrijke regels.

Je krijgt het woord.

Je spreekt vanuit je ik.

Je gebruikte positieve (lichaams)taal op een respectvolle manier.

Iedereen heeft recht op een eigen mening.

Je geeft geen feedback op een mening.

Je mag passen.

Je mag in de buitencirkel gaan zitten.

Wat wordt gezegd in de cirkel, blijft in de cirkel. 

 

Executieve functies (kleuter + lager)

Om op school en in de maatschappij te functioneren, redeneringen op te bouwen, problemen op te lossen of te plannen, heb je goed ontwikkelde executieve functies nodig. Ze zorgen ervoor dat je je gedrag, je emoties en gedachten kan sturen en gericht kan inzetten. We worden niet met die skills geboren, maar kunnen ze vanaf de kleuterleeftijd ontwikkelen via krachtige interacties en oefeningen. We groeien hierin tot we volwassen zijn. Op school werken we hieraan met Effi en Furon van de Breinheldenplaneet. De inwoners van deze planeet hebben speciale krachten, ‘breinkrachten’. Iedere kracht stelt een executieve functie voor. Iedere maand komen Effi en Furon op bezoek op school. Ze stellen een breinkracht voor aan de leerlingen aan de hand van een toneeltje. Ze delen pictogrammen met een kernzin uit aan iedere juf. Daarna gaat iedereen ermee aan de slag in de klas via oefeningen, boeken, spelletjes, of gewoon door te benoemen welke krachten we nodig hebben tijdens de dagelijkse activiteiten in de klas. Het is belangrijk dat de kinderen zich ervan bewust zijn dat ze hierin kunnen en mogen groeien.

 

Nesten (kleuter + lager)

Nesten biedt sociaal-emotionele zorg en ondersteunt zo het schoolteam en de kinderen. Nesten is werken aan groepsverbondenheid aan de hand van speelse bewegingsoefeningen, zang en dans, geweldloos en herstelgericht spreken met elkaar, respectvol leren luisteren, oefenen in verbinding maken met jezelf en de klasgenootjes en leren rust vinden in een soms wel drukke maatschappij. Onze school gelooft dat dit het welbevinden en de betrokkenheid van onze kinderen ten goede komt en dat pestgedrag zo minder kansen krijgt.

 

  

In de huidige maatschappij ervaren we elke dag opnieuw dat leraar zijn zoveel meer is dan lesgeven. Leraren botsen op de grenzen wat het klashouden, klasverbinding maken, omgaan met conflicten, … betreft. Nesten biedt hier een antwoord op. Leraren ervaren en beleven nesten mee met de kinderen, zodat de technieken doorstromen naar de alledaagse klaspraktijk. Op deze manier komt nesten alle kinderen ten goede, van peuters tot zesdeklassers.

Een nestje is geen apart en losstaand lesje. De klasleraren geven thema’s of klasnoden aan. Geen twee nestsessies zijn gelijk, omdat we in de eerste plaats de context en de kinderen en hun noden voorop zetten. De nestleraren bouwen vanuit nestkennnis een ‘antwoord’ op de vraag van de leraren met concrete tools, vaardigheden, oefeningen, speelse elementen, … om verder mee te nemen naar de klaspraktijk.

Nesten werkt preventief: door hierop in te zetten streven we naar veerkrachtige kinderen, die later hun plek in de samenleving kunnen verankeren.

Voor onze school zijn juf Goedele en juf Anneleen de nestjuffen. Juf Goedele nest met de klassen in de Pastoorstraat, juf Anneleen nest met de klassen in de Baljuwstraat.

De nestjuffen volgen hiervoor al 2 schooljaren de opleiding bij Trui Baes, de bezielster van het nestproject.

 

 

Speelplaatswerking (kleuter + lager)

Methode : ‘Stop-hou-ermee-op’

 

Pastoorstraat

Baljuwstraat